CDU is zo doormerkeld, daar helpt geen nieuwe fractievoorzitter aan

door | 4 oktober 2018

Ondanks veel tamtam in zowel Duitse als internationale media, is er van een opstand in de Bondsdagfractie van de CDU/CSU geen sprake. Daarvoor ontbreekt het ook aan de kracht en de oriëntatie. Een echte ommezwaai zal groter moeten zijn en meer kosten.

De nieuwe leider van de CDU/CSU-fractie in de Bondsdag, Ralph Brinkhaus, haastte zich, nadat hij het verrassend won van Angela Merkels favoriet Volker Kauder, om te benadrukken dat er geen streepje licht tussen hem en de bondskanselier zit. Om zijn loyaliteit te bewijzen, sprak hij zich er zelfs meteen maar voor uit dat Merkel zich in december opnieuw herkiesbaar stelt voor het partijleiderschap

Wat even had geleken op de emancipatie van de parlementsleden van CDU/CSU van de oppermachtige partijleidster, was daarmee al heel snel vervlogen. Dat het Merkel-tijdperk ten einde loopt was al minstens een jaar duidelijk, dat Kauder niet herkozen werd als fractievoorzitter is daar alleen maar het zoveelste teken van. Het einde van het tijdperk Merkel betekent echter nog niet automatisch dat haar partij ook een andere koers gaat varen. De lauwheid van Brinkhaus’ eerste stappen laat veeleer zien dat het de Unie van CDU en CSU zowel aan het personeel als ook aan de oriëntatie ontbreekt die nodig zijn voor een krachtige koerswijziging na Merkel.

Wending naar links

Waaraan ligt dat? De CDU-leidster heeft niet alleen personeel zo lang om zich heen gebeten tot alle potentieel concurrerende zwaargewichten verdwenen waren. Door de CDU naar links te wenden, heeft ze ook het coördinatensysteem van het gehele Duitse partijenstelsel uit het lood getrokken. Haar eigen partij heeft intussen door de tendens naar links ieder idee verloren van waar ze eigenlijk voor zou moeten staan. De ondergang van de SPD als volkspartij is de vanzelfsprekende collaterale schade van deze ontwikkeling, omdat er op centrumlinks geen ruimte meer overblijft voor de sociaaldemocraten naast de CDU.

De wending naar links van de Union heeft de politieke debatten in Duitsland in het irreële af laten glijden. De concurrentie tussen linkse en rechtse standpunten dwong eerder nog tot een zekere worteling in de realiteit, omdat standpunten van de tegenstander anders eenvoudig als luchtfietserij te ontmaskeren waren. Tegenwoordig heerst echter een eensgezinde loochening van de realiteit die beschermd wordt voor tegenspraak uit de realiteit van alledag door middel van hysterie over de ‘strijd tegen rechts’ en dat er weer nazi’s in de Bondsdag zouden zitten.

Ideologie versus volksheid

De Groenen kunnen met deze situatie nog het beste uit de voeten. Zij kunnen het zich veroorloven om zich helemaal op te sluiten in hun eigen wereldbeschouwing, want hun kiezersachterban is die met de hoogste inkomens. De socialistische partij Die Linke heeft het op dit punt al moeilijker, zoals fractievoorzitter Sahra Wagenknecht wel maar grote delen van de rest van de top van die partij niet begrepen heeft. Ook de liberale FDP zwalkt.

Het zwaarst getroffen zijn echter de beide oude volkspartijen, die het nooit moesten hebben van sterk ideologisch gekleurde profilering, maar van aan de realiteit gekoppelde ‘volksheid’. Juist die volksheid zijn ze op weg naar hun huidige links-groene positie verloren. Dat ze deze volksheid nog kunnen herwinnen lijkt intussen steeds onwaarschijnlijker. En daarmee neemt tegelijk de waarschijnlijkheid van een grondige herverkaveling van het partijlandschap toe.