De Euro en haar voorlopers. Een korte geschiedenis van de monetaire unie

door | 5 augustus 2015

Iedereen kent het beeld van een blije Gerrit Zalm die aan het flappen tappen is in de nieuwjaarsnacht van 2002. Zaterdag (9 mei, red.) haalde een Duitse minister het nieuws door te zeggen: “Ein Land kann plötzlich in die Zahlungsunfähigkeit rutschen”,[1] Griekenland dus. Het is er niet vrolijker op geworden. Vanaf wanneer kwam de vorming van de eurozone in een stroomversnelling? Was er vooraf geen kritiek? En als laatste ‘het probleem Griekenland’. Allemaal punten die ik in dit stuk behandel.

Historische monetaire unies

Europese landen hebben eerder monetaire systemen gebruikt. Van 1834 tot 1870 was er de Zollverein, een monetaire unie. Deze bestond uit een politieke unie van Duitse staten. Doel was de bevordering van de handel en de industrie.[2] Dit gebied bestond uit Pruisen, Saksen, Thüringen. Van München tot Munster tot Koningsberg. Er waren een aantal valuta:[3] Gulden/Kreuzer in het zuiden, Thaler in Pruissen en de Schilling in de noordelijke steden. Het werd een succes omdat taal en cultuur samenvielen. Maar het eindigde ook weer.

Een tweede voorbeeld is de Latijnse Monetaire Unie.[4] Deze bestond van 23 december 1865 tot 1927. Frankrijk, België, Italië en Zwitserland maakten er deel van uit. Ze hadden een overeenkomst gesloten waarbij ze de nationale valuta zouden standaardiseren: 4,5 gram goud of 0,29 gram zilver. Ratio 15,5 tegen 1. En deze vrij uitwisselbaar te maken. Zoals wel vaker gebeurt, wordt de groep groter. Griekenland, Spanje, Roemenië, Oostenrijk-Hongarije. En zelfs koloniën nemen het over in Colombia en Venezuela. In 1886 deed zelfs Rusland mee. En Finland in 1860. Aan deze monetaire unie kwam een einde door het drukken van geldbiljetten. En in 1927 was het voorbij. Eigenlijk ging het ten onder door socialistische ideeën en het stijgen van de staatsschuld.

Het Latijnse Monetaire Systeem inspireerde de Scandinavische landen in 1924. De Britten deden nooit mee aan enig systeem. De Pound Sterling gaat wel 1300 jaar terug als je gaat graven in oude bronnen.

Een vierde systeem was de goudstandaard van Amerika. 5 $  was grofweg 20-Dmark en 20 Franse franken en een Britse Pond. Uiteindelijk is dit systeem ten onder gegaan door de verruiming van de Amerikanen om de oorlog in Vietnam te betalen.

We zien dus dat de idee van monetaire unie niet nieuw is, niet pas is opgekomen met het idee van de euro. In Europa zijn er meerdere systemen geweest.

Voorgeschiedenis van de euro

mandjeDe euro is echter ook eerder ontstaan dan je zou denken, in de jaren ’50 al. Toen ik 2 jaar geleden de koersen van de euro tegenover de dollar opvroeg via een speciale computer op de universiteit, viel ik bijna van mijn stoel. De computer gaf data aan vanaf december 1957. De  euro/US dollar, dit valutapaar is hét valutapaar van de wereld. Waarschijnlijk heeft men terug gerekend wat de ECU moest zijn in december 1957. Want op 1 januari 1958 trad  het ‘Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap’ in werking. In het EEG-verdrag werd de economische huishouding, stabiele prijzen en een houdbare betalingsbalans overgelaten aan de lidstaten. Dit stond in art. 12 lid 1 EEG-Verdrag. Verderop in het verdrag stond dat de Raad het meer moest coördineren.  De Raad ging aan de slag en zorgde dat er een Comité van Presidenten van Centrale Banken ontstond. Op sinterklaasdag 1978 werd het Europees Monetair Stelsel opgestart en werd de ECU gecreëerd. ECU staat voor European Currency Unit. Een soort van mandje van valuta. Het Hof van Justitie gaf aan dat marktintegratie vereiste dat er vaste wisselkoersen moesten komen. Om zo één economische ruimte te scheppen.[5] Dit staat in rechtsoverwegingen 25 en 26 in de zaak Rewe Kehl. Toen werd het stil tot de zomer van 1988. Jacques Delors was leider van het Comité dat zijn naam droeg. Hij wilde het in drie fasen voltooien. Doel was eigenlijk: één munt. Waarom? Psychologisch, economisch en politiek het beste.

Nu springen we iets vooruit en stoppen we voor de Berlijnse muur. Na de val van de muur in november 1989 kwam de vorming van de euro in een versnelling. Op 7 februari 1992 ondertekenen de lidstaten het Verdrag van Maastricht. 2 jaar ervoor is er druk geschoven met de tekst. Dit was een Europees politiek verhaal.

Maar hoe werd de burger ingelicht? Op 4 augustus 1947 stond er in de Leeuwarder courant: “Inmiddels is te Parijs (gaat over Marshall) een commissie van deskundigen gevormd ter bestudering van de wijze waarop de Europese valuta gemakkelijk omwisselbaar gemaakt zouden kunnen worden.” Dit is nog normaal, omwisselen.

Dan volgt een krantenartikel van 23 april 1949 over een verslag van de economische conferentie van de Europese Beweging. Gehouden in Londen en Churchill sprak er. Verder in het artikel staat iets interessants. Sir Harold Butler spreekt als voorzitter van de internationale economische en maatschappelijke sectie van de beweging: “hij pleitte voor vrije inwisselbaarheid van de verschillende Europese valuta, zoals voor 1914 het geval was”.[6] Bedoelde hij hiermee de Latijnse Monetaire Unie?

Op 8 juni 1961 staat in De Telegraaf een artikel met de kop: “naar meer bundeling van Europese valuta?” De 6 ministers van de EEG krijgen advies van prof. Triffin, permanent adviseur van de Europese Commissie. Zijn advies: 10% van de deviezenreserves in een gemeenschappelijk fonds stoppen.  Dan volgt er nog een artikel. 27 september 1967 in De Tijd. De Britse minister Callaghan heeft in Le Monde geschreven: “dat een grotere Europese Gemeenschap zou kunnen leiden tot schepping van één Europese valuta, waarin alle valuta’s, ook de pond sterling, zouden opgaan. “Een grotere gemeenschap zou in staat zijn een politiek te volgen, waarin door Europa zijn monetaire kracht kan doen gelden en zijn invloed in de wereld kan vergroten. Een dergelijke politiek zou bijvoorbeeld uiteindelijk schepping van één Europese valuta mogelijk maken.”

ECUIk heb een krantenartikel gevonden van 5 november 1970. Citaat: “De monetaire unie betekent een onwrikbare koppeling aan de West-Duitse mark die de sterkste valuta in de EEG is. In de EEG-voorstellen staat dat wanneer de- munten van de verschillende landen worden gekoppeld absoluut vast moet staan dat deze koppeling totaal en onherroepelijk is. De vervanging van de afzonderlijke munten door één EEG-munt is dan nog slechts een psychologische zaak. Voor deze EEG-munt zijn al namen in omloop als Euromark, Eurofrank en ECU = European Currency Unit (Europese munteenheid). De drijvende kracht daarbij zijn uiteraard de grote concerns en banken.”[7]

In september 1973 stond op pagina 25 van De TelegraafEurco een wereld-valuta?’ Kern van het artikel was dat de Europese Investeringsbank op 12 september een contract ging tekenen voor de uitgifte van een lening die zal luiden in Eurco. De uitgifte van een obligatie dus. De 9 euromarktlanden bepalen volgens een verdeelsleutel de waarde van de Eurco. Verderop in het artikel staat: “hoewel men uiteraard moet afwachten of de Eurco zal aanslaan. De Europese Munt Eenheid en de Europese Reken Eenheid zijn nooit goed van de grond gekomen. Dit systeem, Eurco, is zo eenvoudig dat het aan vele wensen tegenmoet komt[8].” Verderop: “Bij de Eurco-leningen zijn de voorkeur en de risicovaluta voor de geldgever en de geldvrager redelijkerwijs verdeeld. Slaagt men in dit experiment, dan kan de Eurco met b.v. de dollar en de yen gemakkelijk worden uitgebreid tot een wereldvaluta.” Wat kunnen we concluderen uit deze twee artikelen? Dat men vanuit Brussel en vanuit de hoofdsteden constant proefballontjes aan het oplaten was. Niet onder de bevolking, maar onder de serieuze partijen: grote concerns en banken. In september 1973 stond dit in de Telegraaf. En in oktober 1973 gaf het HvJ heel duidelijk aan dat er vaste wisselkoersen moesten komen. De ECU van 13 maart 1979 was de echte serieuze voorloper van de euro. De ECU had een valutacode XEU. En op sommige sites waarbij je de euro tegenover een andere valuta wilt projecteren, gebruik je XEU.[9] De ECU is uiteindelijk vervangen door de naam: ‘euro’ in 1999.

Kritiek op het idee van de euro

Er waren voor 1 januari 1999 zeker ook kritische noten. Het scherpste was Martin Armstrong in juli 1996: “Europe does not quite understand the United States model of a single currency. Europe looks at the US and sees one single currency as being extremely efficient with a by-product of consistently lower unemployment as one goal.”[10] Armstrong adviseerde de Europese Commissie op het gebied van de euro voor 1999. Hij gaf aan dat er één obligatie moest komen zodat investeerders niet opgescheept zouden zitten met Duitse en Italiaanse en Nederlandse obligaties. De Europese Commissie antwoorde dat dát politiek onhaalbaar was. Dus de individuele landen wilden geen eurobonds. Eén munt, muntgeld en biljet, was al een hele stap. Notabene drukken de eigen landen het eurobiljet en de muntstukken. Niet centraal in Frankfurt. Verder ligt het goud niet op één centrale plek: in Frankfurt. Maar verspreid over alle landen waaronder de VS. En de VS zijn de andere kant van hét valutapaar van de wereld: euro/usd.

Ik noemde goud. Om de euro goed te begrijpen moeten we terug naar de periode voor 1971. Op 15 augustus 1971 liet Nixon de koppeling van goud en dollar varen. Ongedekt dus. In de jaren daarvoor spendeerden politici meer geld dan dat er binnen kwam via belastingen. Maar ze wilden wel de goudstandaard vasthouden. Dat is problematisch op langere termijn. Ten tweede kwam er een scheur in de goudstandaard door de handel. Zo rond 1965 kwamen er twee goudprijzen. De officiële prijs van 35$ en de marktprijs in Londen. Goud werd daar verhandeld als grondstof. De marktprijs was hoger dan de officiële goudprijs van 35$. Uiteindelijk gingen Europese landen hun dollars omwisselen voor goud. Dit leidde tot de val van de goudstandaard. Later lekte uit via Wikileaks dat de Amerikanen het door hadden. Het draait om een gesprek tussen Kissinger en zijn team (Kissinger was toen veiligheidsadviseur van de regering). Citaat: “if necessary they (Europese landen) would trade gold in secret at the free market price.”[11]

Punten van kritiek waren er voor de invoering. In Nederland en Duitsland. Een korte vlucht langs wat artikelen. In 13 februari 1997 werd er een artikel geplaatst in de Volkskrant met als kop ‘met deze EMU kiest Europa verkeerde weg’. Zeventig economen zetten de handtekening onder de brief. De strekking van de brief. Ik citeer: “Een aantal jaren later is er nog niets veranderd. Integendeel, de invoering van deze EMU gaat gepaard met hoge kosten, onder meer in de vorm van oplopende werkloosheid en sociale spanningen. De EMU blijkt niet veel meer dan een monetaristisch project.”[12] Vervolgens proberen sommige critici nog op de valreep de euro tegen te houden. Op 24 maart 1998 komt er een artikel in het NRC Handelsdagblad te staan. Arjo Klamer wordt geciteerd: “Dat (de euro) staat veel te ver van het oorspronkelijke Europese ideaal van solidariteit, sociale cohesie en vrede.” Vervolgens geeft Kees Vendrik aan: “Ik hoor vaak: Wim wil geen debat, en daarmee is de kous dan af”. Vendrik doelt op gesprekken tussen PvdA-leden en hemzelf. Opnieuw een citaat van Vendrik: “In 1991 riepen velen van ons al dat de euro een slechte zaak is, maar daar werd niet naar geluisterd”, aldus Vendrik. ‘Toen waren we te vroeg, nu weer te laat, zo doe je het nooit goed.”[13]

En in Duitsland? Was daar geen kritiek? Ja. Een citaat uit het FD van 31 december 1996[14] waar Gerard Schröder geciteerd wordt: “Schröder suggereert in Focus dat de Bondsraad de euro in 1998 kan blokkeren. Deze deelstatenkamer, waarin de SPD op dit moment de dienst uitmaakt, heeft echter al in 1992 ingestemd met het Verdrag van Maastricht, waarin de invoering van de Europese munt uiterlijk in 1999 is vastgelegd. Schroder wijst ook erop dat de euro nooit zo hard zal worden als de D-mark. ‘Als je meerdere zwakkere munten samenvoegt met een hele sterke, kan daar nooit die absolute sterke munt uitkomen.’ De lasten van de monetaire eenwording voor Duitsland zijn volgens hem niet te dragen. ‘Wij betalen nu al elk jaar DM 200 mrd van West naar Oost binnen de Bondsrepubliek Duitsland. Daar kan niets meer bovenop.”

Terug naar Nederland. De kritiek op de euro verstomt. Een laatste poging doet Arjo Klamer in 2011 in het Dagblad van het Noorden. Als ik Wellink was zou ik daar om lachen.

De toekomst van de euro

De kans dat de euro het in de huidige vorm zal gaan reden is heel klein. Waarom? Laat ik het uiteenzetten. Sinds 2007 hebben we speculatie gezien tussen landen die samen in de Euro zitten. Het geld stroomde van de zuidelijke landen naar de noordelijk landen zoals Nederland en Duitsland. Hoe kun je dit het beste zien? Door naar de tienjaarsrentes te kijken: Amerika 2%, Duitsland 0,6%, Nederland 0,7%, Frankrijk 0,8%, Griekenland 11%, Italië 1,7%.[15] Geld is naar het noorden vertrokken wat resulteert in lagere rentes.

Het is absoluut onmogelijk voor Europa om één rente te stellen als Europese landen via de ECB, maar wel met een groep van eigen landen te zitten op één continent. Zo lang individuele landen eigen rechten hebben, is er kredietrisico wat resulteert in verschillende marktrentes. Dit in tegenstelling tot de 50 staten van de Verenigde staten van Amerika. Na 1 januari 1999 heeft zich het speculatieve element van valuta verschoven naar de individuele obligaties van de landen van de eurozone & Zwitserland. Omdat Zwitserland een koppeling wilde met de euro. En dat mislukte begin dit jaar jammerlijk. Die koppeling heeft niet lang stand gehouden.

Het gekke was dat de speculatie verschoven is naar de obligaties. Maar van 1 januari 1999 t/m juli 2007 zag je dat niet. De rentes waren bijna gelijk tussen de landen onderling. Daarna ging het mis. George Soros hing het doen oplopen van de rente spreads op aan een uitspraak van bondskanselier Merkel: “The process culminated with the Maastricht Treaty and the introduction of the euro. It was followed by a period of stagnation which, after the crash of 2008, turned into a process of disintegration. The first step was taken by Germany when, after the bankruptcy of Lehman Brothers, Angela Merkel declared that the virtual guarantee extended to other financial institutions should come from each country acting separately, not by Europe acting jointly. It took financial markets more than a year to realize the implication of that declaration, showing that they are not perfect.”[16] Maar Soros wil een mooi nieuwsmoment aanwijzen voor zijn theorie die niet klopt. Want in januari 2008 was de spread tussen de Duits en Griekse rente al aan het oplopen. Nog voor Lehman moest omvallen. Gewoon feiten checken. Citaat ANP-bericht 22 oktober 2008: “Griekenland blijkt na correctie van de begrotingscijfers toch weer een buitensporig begrotingstekort te hebben. Het land had vorig jaar een tekort van 3,5 procent van het bruto binnenlands product, terwijl de EU-limiet op 3 procent ligt. Dat meldde het EU-bureau voor statistiek Eurostat woensdag in herziene cijfers.” Griekenland had in het jaar van de vele overnames, 2007,  problemen met de staatsbegroting. Op woensdag 9 december 2009 moest de Griekse minister van Financiën zijn Europese collega’s overtuigen. Tegen de pers zei hij: “We zijn geen nieuw IJsland, zoals we ook geen nieuw Dubai. We zitten niet te wachten tot iemand ons komt redden.”

Zoals Bretton Woods faalde, faalde de Latijnse monetaire unie ook. De eurozone zal ook falen. Je weet alleen niet wanneer. Het pleisterplakken van politici zal nooit werken. Verder moeten we als Hollanders niet gaan huilen dat we het niet wisten. De problemen met de euro zijn aangekaart in de Volkskrant, door Arjo Klamer en Kees Vendrik.  En Gerard Schröder. Verder zijn we nu aan het kijken naar het uiteenvallen van de eurozone. De Zwitserse centrale bank kon de koppeling met de euro niet aan. Dit was 19 januari 2015[17]. Ze hebben even geflirt met Draghi. En dat heeft ze veel geld gekost. En moeite. Heeft de eurozone overlevingskans? Ja, maar dan moeten Merkel, Rutte, Hollande zelf plaatsnemen in de Europese Comissie. Draghi gaat dan eurobonds uitgeven en het Nederlandse parlement wordt een bijkantoor van Brussel.

Dit artikel is gebaseerd op een lezing gehouden te Zwolle op 11 mei 2015.


[1] http://www.faz.net/aktuell/wirtschaft/eurokrise/griechenland/schaeuble-warnt-vor-ueberraschender-staatspleite-griechenlands-13583898.html

[2] http://nl.wikipedia.org/wiki/Zollverein

[3] http://www.zum.de/whkmla/region/germany/zollverein.html

[4] http://en.wikipedia.org/wiki/Latin_Monetary_Union

[5] 24 oktover 1973 HvJ.

[6] 23 april 1949 De Heerenveensche koerier

[7] De waarheid 5 november 1970.

[8] De Telegraaf 12 september 1973 pagina 25. Bron Delpher.

[9] http://stockcharts.com/h-sc/ui?s=%24XEU

[10] http://web.archive.org/web/19980426083129/http://pei-intl.com/Publications/EUROPE/MA0796B.HTM

[11] http://www.silverdoctors.com/1973-eu-cbs-traded-gold-in-secret-at-free-market-price/

[12] http://www.volkskrant.nl/economie/met-deze-emu-kiest-europa-verkeerde-weg~a486508/

[13] Critici komen in het geweer tegen ‘zielloos’ Europa NRC Handelsdagblad 24 maart 1998.

[14] Het FD 31 december 1996 ‘SPD KEERT ZICH TEGEN EURO-KRITIEK SCHRODER’

[15] http://www.staatslening.info/

[16] http://www.georgesoros.com/interviews-speeches/entry/remarks_at_the_festival_of_economics_trento_italy/

[17] https://insights.abnamro.nl/fx-weekly-snb-neemt-radicaal-besluit/