Meer dan de helft zakt voor Deense inburgeringstest

door | 24 juli 2017

In 2016 is meer dan de helft van de aanvragers van het Deense staatsburgerschap gezakt voor de inburgeringstest. Dat terwijl de lat niet eens bijzonder hoog ligt.

Wie niet met de wet in aanraking is gekomen kan na een verblijf van zeven jaar een Deen worden. Daarvoor moet men een kennisproef met 40 vragen afleggen, waarvan er tenminste 32 correct beantwoord moeten worden. De vragen hebben betrekking op de basiskennis van een Deense staatsburger. De aanvrager van het staatsburgerschap moet zich dus een beetje verdiept hebben in de Deense geschiedenis en cultuur voor hij de proef aflegt. Daarnaast is toereikende kennis van de Deense taal voor alledaags gebruik nodig.

Door voorstanders van een multiculturele samenleving werd de proef vorig jaar al bekritiseerd als te moeilijk. Terugblikkend blijkt dat in 2016 63 procent van de aanvragers gezakt is voor de test. Bij een getolereerde 20 procent van de vragen die onjuist beantwoord mag worden, is dat een aanzienlijk deel, wanneer men bedenkt dat de aanvragers in de toekomst als staatsburgers tot de dragende kracht van de Deense samenleving gaan behoren.

Brede consensus

Denemarken geeft zijn staatsburgerschap dan ook niet voor niets weg. Er bestaat inmiddels een politieke en maatschappelijke consensus die de grote partijen van de nationaal-conservatieve Deense Volkspartij tot de liberale Venstre en de Sociaaldemocraten omvat, dat Denemarken herkenbaar Deens moet blijven. Slechts vier kleine linkse en extreemlinkse partijen denken er anders over. Zij leveren echter slechts 38 van de 179 zetels in het parlement. Aangezien de Sociaaldemocraten na de komende parlementsverkiezingen een coalitie of gedoogconstructie met de Deense Volkspartij niet uitsluiten – samen zouden zij een meerderheid hebben, zal hieraan niets veranderen.

Vorig jaar bleek de vraag in de inburgeringstest naar de auteur van de roman Lykke-Per (Henrik Pontoppidan) te moeilijk. Ook de vraag hoe de tijd in de eerste helft van de negentiende eeuw, waarin de Deense cultuur opbloeide, genoemd wordt (Gouden Tijdperk), kon 54 procent van de aanvragers niet beantwoorden. In 2015 bleek de legendarische Olsen-Bende een struikelblok voor inburgeraars. Daarentegen wist 94 procent van de aanvragers dat in Denemarken de “rechterlijke macht” aan de rechtspraak is opgedragen en dat 94 procent van de gastarbeiders in Denemarken uit Turkije, Joegoslavië en Pakistan stammen.

De huidige centrumrechtse Deense regering doet er het nodige aan om het aantal asielaanvragen terug te dringen, met instemming van de oppositionele Sociaaldemocraten en gedoogsteun van de Deense Volkspartij. In 2016 kwamen er maandelijks nog zo’n 100 asielzoekers naar Denemarken, terwijl er in 2015 nog zo’n 21.000 asielaanvragen waren.