Paul van Buitenen: elke dag een naam. #Frits van Aggelen

door | 13 januari 2020

F.W. (Frits) van Aggelen directeur van de Gemeentelijke Bouw- en Milieudienst en drie van zijn ondergeschikten, die komende dagen nader zullen worden geduid onder aangeven van hun gedragingen, zijn individueel dan wel in gezamenlijkheid verantwoordelijk voor o.a.:

Onjuiste afwijzing bezwaar tegen milieuvergunning
Het bezwaar dat was ingediend door een bewoner tegen de vestiging van een vuurwerkbedrijf in een woonwijk, met een grote opslag van evenementenvuurwerk, kon volgens de letter van de wet worden afgewezen. Deze afwijzing was niet in de geest van de wet, was dus onjuist en laakbaar.

Verstrekken onwettige milieuvergunningen
De gemeentelijke milieuvergunningen 1997 en 1999 zijn tot stand gekomen zonder het wettelijk voorgeschreven advies van de brandweer. Tevens werd gebruik gemaakt van de adviezen van Defensiebureau Milan die niet correct waren. Tenslotte was er onduidelijkheid en gebrek aan kennis over de brandwerende eigenschappen van een aantal opslagplaatsen. Ondanks het weigeren van het gebruik van zeecontainers voor vuurwerkopslag bij andere vuurwerkbedrijven in Enschede, werd dit bij S.E. Fireworks wél toegestaan, met als rechtvaardiging de te voorziene tijdelijkheid van de vergunning (risicobenadering). Die tijdelijkheid was niet vanwege het eerder ingediende (en afgehouden) verhuisverzoek van S.E. Fireworks, maar vond basis in de geheime onderhandelingen over de aankoop van de grond door de gemeente van oud-eigenaar Harm S. Hierover verschijnen nog separate artikelen waarin Harm S. en gemeentemedewerker R. aan bod komen, en een niet onderzocht motief voor brandstichting benoemd en onderbouwd wordt.

Vervalsing milieuvergunning 1999
Uitgaande van de eerder verleende milieuvergunning 1997, waarin naast vuurwerk van de subklassen 1.4 en 1.3 ook een beperkte hoeveelheid vuurwerk van de subklasse 1.1 was vergund, heeft S.E. Fireworks voor 1999 een nieuwe vergunning aangevraagd, zónder te vragen om het vervallen van de klasse 1.1. Deze aanvraag is op verzoek van de milieudienst door het bedrijf gedeeltelijk ingevuld, alvast ondertekend en vervolgens nog gedeeltelijk blanco opgestuurd naar de gemeentelijke milieudienst. Daarna heeft de milieudienst de vergunning verder ingevuld en daarbij expliciet de subklasse 1.1 uit de vergunning verwijderd zonder medeweten van het vuurwerkbedrijf. Het vuurwerkbedrijf kon dit ook niet vragen, want de subklasse 1.1 diende te worden vergund wegens het gebruik van onverpakt vuurwerk in de ompakruimte. Ook achteraf heeft het bedrijf dit niet kunnen constateren daar er door de gemeente slechts een uittreksel van de vergunning is verstrekt aan het vuurwerkbedrijf, waarin geen melding was gemaakt van het vervallen van de subklasse 1.1.

Misleiding van de burgemeester
Op het punt van de milieuvergunning 1999 heeft burgemeester Jan Mans aan de gemeenteraad verkeerde informatie verstrekt over het verdwijnen van de subklasse 1.1 uit de milieuvergunning. Mans informeerde de raad (19 maart 2001) dat dit op verzoek van het vuurwerkbedrijf zelf was gebeurd. Het bedrijf wist echter van niets (zie voorgaand punt). Mans verwijst hier naar een verklaring van milieuambtenaar (naam volgt) die zou zijn afgelegd bij de commissie Oosting. De commissie Oosting vermeldt echter iets anders, namelijk dat door het niet vergunnen van de klasse 1.1 en de klasse 1.3 in de ompakruimte, daarmee het openen van verpakkingen in feite onmogelijk werd gemaakt. Het is niet duidelijk of Mans op dit punt door zijn ambtenaren is misleid, of dat Jan Mans ten overstaan van de gemeenteraad een verhaal uit zijn duim zuigt om zichzelf en de gemeente te verdedigen. (Ik hoop voor hem het eerste, maar ik vrees het tweede).

Misleiding van Tolteam en OM
Over een periode van 10 jaar uit de historie van S.E. Fireworks, die zich afspeelde onder de vorige eigenaar Harm S., zijn door de gemeente geen documenten verstrekt aan de opsporingsinstanties, dit ondanks een bevel daartoe. Dit blijkt uit het proces-verbaal ‘Gemeente Enschede: vergunning, handhaving en controle’ van het Tolteam, d.d. 28 februari 2001. Dat deze documenten wél bestonden in het gemeentearchief blijkt uit het Leidse COT ‘Feitenoverzicht vergunningverlening’, dat verscheen op 21 september 2000. Het COT citeerde overigens slechts selectief uit dit materiaal. De reden is mogelijk gelegen in de veelvuldig voorkomende illegale situaties onder de vorige eigenaar Harm S. waarvan de gemeente op de hoogte was. Tenslotte geeft de gemeente Enschede niet thuis op vele WOB-verzoeken tot vrijgave van dit materiaal. Dit houdt de gemeente tot op de dag van vandaag vol tot aan de rechtbank. Er komen nog separate artikelen waarbij hier verder op in wordt gegaan.

Brief Frits van Aggelen
Directeur BMD van Aggelen schreef op 29 mei 2000, t.b.v. de inbeslagname van de gemeentelijke dossiers betreffende de Vuurwerkramp door het OM, dat hij naar beste weten alle dossiers heeft laten overhandigen betreffende: S.E. Fireworks, het beleid t.a.v. vuurwerkopslag, de externe veiligheid, het eerste uur van de brandmelding en acties i.v.m. de Vuurwerkramp en het rampenplan. Van Aggelen maakt in zijn brief geen melding van opgeschoonde dossiers. Tevens ontbreken in het dossier van de milieudienst over de bovengemelde periode van tien jaar alle stukken m.b.t. het vuurwerkbedrijf S.E. Fireworks. Door de suggestie te wekken dat hij alle relevante dossiers heeft overhandigd, terwijl dat onjuist was, misleidde Van Aggelen het Tolteam en het OM. Daarbij gaf het Tolteam tijdens een vergadering op 30 mei 2000 aan het OM ook gemotiveerd aan dat zij de indruk hadden dat de, van de gemeente in beslag genomen, dossiers waren geschoond. In het eerdere artikel over Officier van Justitie Herman Stam is al aangegeven dat het OM hier niet op is aangeslagen.

Verdere programma
Tot zover voor vandaag, maandag 13 januari 2020. Dinsdag en woensdag volgen nog drie personen van de gemeentelijke Bouw- en Milieudienst, onder aangeven van hun specifieke bijdragen. Donderdag komt de rijksrecherche voor het eerst aan de beurt en begint het echte vuurwerk. Tenzij ik eerst over het OM iets te melden heb, want ik wacht op een antwoord betreffende de behandeling van mijn strafaangifte. Zonder antwoord zal ik hier moeten publiceren wat het OM nu probeert te doen.