Wagenknecht kritisch over omgang Die Linke met AfD-kiezers

door | 17 september 2019

De socialistische partij Die Linke was onder de grootste verliezers in de deelstaatverkiezingen in Saksen en Brandenburg. In beide deelstaten zakten de socialisten terug naar ruim tien procent. Mocht hun enige deelstaatpremier Bodo Ramelow eind oktober in Thüringen ook nog weggestemd worden, kon de storm wel eens losbarsten in de partij. Sahra Wagenknecht wil lessen trekken.

De spanning is bij Die Linke toch al om te snijden. Co-fractievoorzitter in de Bondsdag, Sahra Wagenknecht maakte haar partij medeverantwoordelijk voor het goede resultaat van de AfD. Die Linke was volgens de politica “vele jaren lang de stem van de ontevredenen”. “Door ons van onze vroegere kiezers te vervreemden, hebben we het de AfD gemakkelijk gemaakt. In zoverre zijn wij medeverantwoordelijk voor hun succes”, aldus Wagenknecht.

Wagenknecht wil lessen trekken uit stemmenverlies aan AfD

Wagenknecht riep op tot een bezinning, voor wie Die Linke in de eerste plaats politiek wil voeren: “Voor de goed opgeleide, hogere middenklasse in de metropolen of voor hen die steeds harder moeten vechten om hun beetje welvaart. Als de partij mensen buiten de hippe grootstedelijke milieus wil bereiken, moet ze hun kijk op de zaak serieus nemen, in plaats van ze te beleren hoe ze moeten spreken en denken.” De partij moet er volgens de politica mee ophouden begrippen als heimat of veiligheid negatief te duiden. “Voor de meeste mensen is heimat iets heel belangrijks. Ze hechten waarde aan sociale bindingen, gezin en sociale samenhang. Sociale zekerheid is belangrijk, maar ook het beschermen voor criminaliteit. Als we dat niet accepteren, verliezen we de mensen permanent.”

De groeiende afstand tot de belevingswereld van een deel van de kiezers in de voormalige DDR, blijkt volgens Wagenknecht ook uit de omgang van Die Linke met AfD-kiezers. “Die beschimpen we graag generaliserend als racisten, hoewel velen van hen eerder links stemden”.

Rest partijtop minder zelfkritisch

Wagenknechts mede-fractievoorzitter Dietmar Bartsch bleek echter minder zelfkritisch. Tegenover het Franse persagentschap AFP gaf hij weliswaar toe dat het “altijd een nederlaag voor een linkse partij” is, “wanneer rechts zo sterk wordt”. Maar hij wilde verder geen “overhaaste” conclusies trekken. Hij gaf verder toe dat veel mensen Die Linke inmiddels als een te gevestigde partij zien, maar wilde dit niet in verband brengen met de regeringsdeelname van zijn partij in drie deelstaten. Vervolgens merkte Bartsch evenwel op dat je als regeringspartij “niet te veel stampij” kunt maken.

Machtsstrijd onderdrukt in afwachting campagne Thüringen

Achter de schermen woedt reeds langer een machtsstrijd. Nu is er discussie over de aflossing van de beide partijvoorzitters Katja Kipping en Bernd Riexinger. Met het oog op de enige deelstaatpremier van Die Linke, Bodo Ramelow, die campagne voert voor de deelstaatverkiezingen van oktober in Thüringen, wacht men echter nog met de interne putsch. Bondsdaglid Sevim Dagdelen laat er echter geen misverstand over bestaan: “We hebben leiderspersoonlijkheden nodig die bereid zijn tot verandering.”